23 januari 2012

Goed, Beter, Best zwaar




Na de kerstloop in Barendrecht hadden Bart en ik de smaak te pakken. Wat zou het volgende doel zijn? De Florijnloop in Woudenberg zat te dicht op het weekje (wandelen op) La Palma. Twee weken later was en in Best een halve marathon, die je voor 1/3, 2/3 of helemaal kon lopen. Tweederde halve marathon is gewoon éénderde hele marathon: dik 14km dus. Mooie afstand; niet te lang maar wel de moeite van de reis waard. Goed, Beter, Bestloop heette het; niet bijster origineel overigens. Intussen had ik aan de trainingscijfers van Bart gezien dat die verdraaid makkelijk een hoog tempo kon aanhouden. De rollen zouden wel eens omgedraaid kunnen zijn.

Het weer hield niet over. Wat heet: regen, enorme windvlagen, een laffe, nietszeggende zes, zeven graden Celsius. Niet echt fijne condities. En de organisatie was hier toch iets minder handig dan in Barendrecht. Waar waren de kleedkamers? De start en finish niet op de fraaie atletiekbaan, maar er buiten. Zo'n baan geeft net even iets meer cachet. Soit: tientallen vrijwilligers hielden het parcours vrij en stonden met bekertjes water en ook voor heb was het verre van fijn weer.

Er waren startvakken om kilometertijden gemaakt. Wij stonden in het vak 4.30-4.59/km. En terecht, want dat zouden we inderdaad gaan lopen. De eerste honderden meters haalden we nog mensen in die zichzelf toch te hoog hadden ingeschat en daarna lag het allemaal mooi en dicht bij elkaar. De eerste km's gingen voortvarend: 4.30/km. Bart riep wel dat dit te hard was, maar liep vervolgens wel lekker door. Na een kilometer of drie, vier moest ik hem laten gaan. Ik wist dat ik mezelf volledig zou opblazen als ik geen gas terug nam. Daardoor kwam ik op het stuk met wind tegen wel alleen te lopen. Kilometertijden gingen richting de 4.50 en het werd werken. De laatste twee kilometer was de wind in de rug en dat was wel even fijn. Wind is minder een factor dan bij fietsen, maar het maakt wel uit. De eerste 7 km gingen in 32.51, dat ging best goed.

In de tweede ronde kwam er een groepje achterop lopen. Ik merkte dat ik al best moe begon te worden. Maar op de tanden bijten en blijven volgen. Dat was wel zo prettig op het stuk met wind tegen. Totdat ik merkte dat bij kilometer 12 het tempo wel heel erg gezakt was (4.57). Dat was aanleiding voor een lichte demarrage. Gelukkig deed mijn hartslagfunctie het niet, ik denk dat ik tien minuten lang tegen de 180 slagen heb gelopen. Bart was inmiddels uit zicht. Na de mat van de 14 km was het nog 200 meter naar de finish. Een sprintje en binnen. Minder tevreden dan in Barendrecht, maar wel een stuk harder gelopen,zeker als je rekening hield met de omstandigheden. Ineens stond Bart achter me, die had de finish pas gezien toen ik op het 14km-punt voorbij kwam. Officieel was hij een seconde langzamer, in de werkelijkheid anderhalve minuut. Klasse hoor, de beer is los.

Daarna meteen naar huis. Het weer was er niet naar om eens fijn te blijven hangen. Maar de tevredenheid was groot. En nu maar weer gaan fietsen. Als het tenminste niet gaat kwakkelen in de komende weken.