29 juni 2010

Reculer pour mieux sauter



Het is één van die uitdrukkingen (titel) uit een andere taal, die gemeengoed is geworden. Je terugtrekken om daarna er weer beter uit te komen. De derde dag van de fietsvakantie 2010 was er zo één. Na twee zware beklimmingen en een dalende moraal was het tijd voor een (halve) rustdag. Wat ook bleek: de groepsdrang was gering vandaag en ieder trok zijn eigen plan. Koos, Erwin en Jan-Pieter gingen de Glandon doen (en dus óók de Croix de Fer). Jeroen, Karim, Nico, Remco, Willem en Theo bezochten Bourg d'Oisans en toen had ik het châlet min of meer voor mezelf. Anne, Pascal en Jurriaan waren wel bezig, maar dat was ik ook. Eerst opgeruimd in de kamer en toen alle internetverbindingen gecheckt. Daardoor werd het mogelijk om te bloggen (eerste twee dagen) en wat mail af te werken. Met een geweldig uitzicht zou dat best wennen als werkomgeving. Maar evengoed kwam er een mentale rust over me en dat was even nodig.

Begin van de middag kwam er al een groepje terug en Willem had wel zin in een tochtje naar de Ornon. We schreven ons eerst in in Vaujany en dat was nog twee kilometer klimmen. Nog een leuk extraatje bovenop de drie kilometer die we inmiddels al wel kenden. Het inschrijven ging vlot en na de flitsende afdaling rustig naar de Ornon gepeddeld. Het was een verademing om weer eens een col met hartslag 140 te kunnen rijden. Een rustige 5-7%, goed te doen. In het tweede deel werd het wat zwaarder en bleef Willem wat achter. Die reed helemaal voor de ontspanning. De natuur was overweldigend en een dag later zou ook de andere kant zeer fraai zijn. een col van 1371 meter, niet zo hoog dus, maar zoals Willem treffend zei: 'hier zie je wat nu een col is; het laagste punt in de bergeketen'.

We dronken wat op de top, daalden snel, maar veilig en draaiden lekker door tot de slotklim. Die ging voor de derde keer nu heel goed en eigenlijk kwam ik superrelaxed boven bij het chalet. Een echte rustdag voor de geest en een beetje inspanning voor het lichaam. We aten buiten dit keer en er was een groep fietsers bijgekomen. Mannen die echt wel snel reden en die in een maand meer bij elkaar fietsen dan ik dit hele seizoen. Nerveus ging iederen vroeg naar bed voor de grote dag. Het stapje terug was me goed bevallen.

De route van de dag:

26 juni 2010

Phoenix voor gaas op de Alpe


Na een bescheiden begin, qua samenstelling, niet qua parcours, groeide de groep snel aan. Na onze belevenissen op de Luitel kwamen al snel tijdens het eten Jeroen, Karim en Theo aan. Nog net op tijd voor het voetbal (Nederland - Kameroen, 2-1). Nog later zouden Jan-Pieter, Koos, Remco (de organisator) en Erwin aankomen en was ons tiental compleet.

Het ontbijt hier in het chalet was voortreffelijk en verre van 'Frans'. Zoals alles hier eigenlijk gewoon goed is. Gastvrij, maar ongedwongen. Alles is netjes verzorgd, maar je hoeft niet in je goede pak rond te lopen. Een plek om te onthaasten, maar zoals Pascal gisteren zei: 'dat doe je niet direct in de eerste twee dagen'.

Het duurde even voordat we wegkonden, maar dat hoort ook bij zo'n grotere groep. De bijna 20 km naar Bourg d'Oisans werd groepsgewijs afgelegd. Daarna reden we de misschien wel meest beroemde klim op. Ik heb er een (vooral) haat (en een klein beetje) liefde-verhouding mee. Een snelweg omhoog, visioenen van te dikke, dronken mannen die met wielrenners meelopen en een aankomst in wat de exponent is van het wintersportvandalisme van de toeristenindustrie. Maar goed: in 1988 won ik ooit de Pedaalemmerrace ernaar toe en als finish van de Marmotte is het wel een serieus einde. De statistieken zijn ook indrukwekkend. In krap 14 km van 720 naar 1850 meter, waarbij de laatste twee tot drie kilometers eigenlijk niks meer voorstellen. Vooral het begin is pittig, stukken tot 15% en loodrechte stukken tussen de brede bochten.

Al erg snel werd duidelijk dat ik gisteren te diep was gegaan en dat de conditie, mentaal en fysiek er gewoon niet is, these days. Niet gek, gezien de gebeurtenissen van de laatste maanden, maar goed. En dan ook nog een opspelende knie, na een valpartij enkele weken terug. Dus liet ik het groepje Jeroen, Koos, Remco maar lekker gaan en reed ik in mijn eigen tempo de eerste drie kilometer. Erwin kwam nog van achter opzetten en liet ik lekker gaan. Achter me zat Willem en die reed ook rustig aan. Het zou nog lang genoeg duren.

Huez, op 5 km van de top is een mijlpaal. Daarna is het niet ver meer en zie je de Alpe liggen. Voor mij was het echter een breekpunt. Ondanks een ingenomen 'gelletje' vloeiden de krachten uit mijn benen. De kilometers daarvoor voelde ik de tank leegraken. Kramp in de bovenbenen, steken in de linkerknie en bovenal: 'geen moraal'. Een beetje fietser weet wat dat betekent. Je wil het liefste stoppen en rechtsomkeert maken. Waarom wil je dit? Wat moet dat zondag worden? Sjaak: 'het is gebeurd met je'. Existentiële vragen rondom één van je favoriete bezigheden dus. Achtereenvolgens passeerden Willem en Nico mij, toen ik even stopte. Masseren had geen zin, gewoon rustig doorgaan en hopen op een wonder.

Nico had ik snel in het vizier en langzaam reed ik naar hem toe. De anderen vóór mij moesten al zo'n beetje binnen zijn. Willem vlinderde ver voor mij. Achter me was het nog leeg, dat dan wel. En ineens kwam ik bij de laatste 'echte' bocht dicht op Nico. Hij ging buitenom, ik binnendoor en alsof er ineens een kraantje werd opengezet keerde de krachten terug. Wonderlijk, dat na bijna 25 jaar fietsen, je nog hierdoor verrast kunt worden. Sjaak werd even Phoenix. Dat laatste stuk ging dus heerlijk en voor het eerst fietste ik de officiële klim. Daar stonden de anderen (Jeroen, Koos, Erwin, Remco) al. Mij nettotijd was 1.23, daar komen nog twee minuten bij voor het stoppen. Dus 1.25 is de tijd die staat op de Alpe. Fijn: dat kan alleen maar beter worden en verder is het niet van belang. Redelijk snel kwamen de anderen; niet voor iedereen was de plek waar de klim eindigde even duidelijk en in dat grote dorp kun je dan nog best even zoeken.



Nico en ik gingen terug via Villard-Reculas en genoten van het uitzicht op de klim die we zojuist hadden gedaan (zie foto). De anderen reden de Col de Sarenne en daalden via het stuwmeer en de N91 terug naar de slotklim. Wij namen nog een pastabuffet in Allemont en waren blij dat we daar niet zaten. Niet vanwege de eigenaresse, maar vanwege het publiek. Zijn wij nou ook zo erg? Vast wel.
De slotklim ging al een stuk beter, maar het blijft pittig. Het terras was wederom een welkome vervolgstap. Daarna een paar op bed gerust en op de diverse noodzakelijke lichaamsdelen zalfjes gesmeerd. Fijne ontspanning dat fietsen.

Een paar uur later kwamen de anderen binnen, die hadden een hele gevaarlijke afdaling van de Sarenne meegemaakt. Dat wordt oppassen komende zondag. Als ik dat al haal; in deze vorm is die grote tocht misschien wel te veel gevraagd. Al zag het leven na een middagrust en een heerlijk viergangendiner er al weer veel beter uit.

De route:

24 juni 2010

Een straf begin


In een mengeling van enthousiasme en jeugdige overmoed werd bij het vertrek naar Frankrijk besloten om na aankomst meteen de Col du Luitel te gaan fietsn. Na al die jaren die we toch hier al in de buurt zijn geweest kwam het er maar niet van. En dat kleine witte weggetje op de Michelinkaart vraagt er wél om, althans om gereden te worden.

Tamelijk 'bleu' begonnen we aan de klim. We hadden beneden in Allemont nog bij het pastbuffet de magen gevuld en wisten dat we 20 km door het drukke dal van de Romanche moesten, maar een profiel hadden we nog niet gezien. Ik wist eigenlijk zelfs niet hoe hoog de col zou zijn. Via de Carman word ik voortdurend op de hoogte gehouden van de actuele hoogte en op die manier weet ik nog mijn krachten in te schatten. Duidelijk was dat het meteen al steil was: 9-11%. Gebeurt wel vaker. Dan wordt het daarna wel rustiger. Niets van dat alles, zou al snel blijken. In 9 km gingen we bijna 900 meter de hoogte in; een gemiddelde van 10% en daarmee is de Luitel een van de steilste cols die ik ooit gereden heb. En dat als opwarmer.

Willem en Nico begonnen rustig, maar mijn modus stond nog op hektiek. Dus in een hoog tempo tegen de berg op, met aanvankelijk goede benen. Alleen meteen schoot de hartslag boven de 170. Niet goed als training. Dus na een paar kilometer maar even gestopt om een foto (zie onder) te maken en op mijn companen te wachten. Die kwamen nog niet en toen maar weer opgestapt. Lichter werd het niet. Uitschieters naar 14, 16% kwamen een paar keer voor. En wanneer waren we nu eens klaar? Iets waar Nico ook last van had. Het bordje Lac Luitel had verwachtingen gewekt die niet uitkwamen.



Desondanks bereikten we alledrie de top waar het uitzicht nogal tegenviel (nl. geen), maar dat heb je vaker op deze relatief lage hoogte (1262). De afdaling was link. Slecht wegdek, moeilijke bochten, grint en als je remmen los liet vloog je snelheid omhoog. Gelukkig hebben we ervaring genoeg om weer veilig beneden te komen.
Daarna was het 20 km licht klimmen naar Allemont, langs die drukke weg. Het viel mee, er fietsen hier wel meer mensen en hele stukken zijn vrijgemaakt voor fietsers. Bij een drankstop bij een supermarktje konden we even tanken; het was rond de 30 graden en het vocht moest aangevuld.

De laatste drie kilometer waren de zwaarte van vandaag. Ons chalet ligt op 1080 meter en de afslag erheen, richting Vaujany ligt op ca. 800 meter. Tel maar uit: bijna 10% gemiddeld. De batterij was bij ons drieën nogal leeg en na twee kilometer was er een heerlijk fonteintje om je op te frissen en bij te drinken. De laatste kilometer was daarna wel weer te doen. En als je dan op het terras wat mag drinken en genieten van het uitzicht zijn die kilometers ook weer snel vergeten. Desondanks was het veel te zwaar voor een begin van deze fietstrip.

De route van vandaag: