10 juli 2006

Massale machtige Maratona


Zondag jl. was het zover. De Dolomieten marathon, over 4, 7 of 8 passen en dat met 9000 rijders tegelijk. Door de prachtige, maar o zo toeristische Dolomieten. In de dagen ervoor strijden we met de vele motoren om ruimte op het asfalt. De regio wordt gaandeweg almaar drukker met fietsers, waarvan velen stiekem hun coureursdroom vervuld zullen zien, op een afgezet parcours en met camera's om zich heen en helikopters in de lucht. Twee dagen voor de start staan we in een lange rij te wringen en te douwen (vrij naar Annie MG) om de startnummers en prullaria op te halen. Er heerst een nerveus-ontspannen sfeer (ja dat kan!) en het hotel is bezaaid met Nederlanders. Vol verhalen, ambities dan wel spijt van matige voorbereidingen. Een ernstige val in onze groep verandert de sfeer, maar Jan's moraal komt terug en hij vervult de rol van centrale post op de dag zelf. Sinds jaren is er weer een vrouw in de groep, zij het niet als fietser. Maar Luus hoort de verhalen dapper aan, steunt liefdevol vriend Peter en lijkt iets te gaan begrijpen van onze passie. Jeroen is 9 kg kwijtgeraakt, heeft meer dan 100 uur gespind en laat zien dat hij de matige getrainde Sjaak voorlopig echt voorbij is in de bergen en fietst ver voor de troepen uit. Nico komt precies op tijd het desastreuze zomergriepje te boven en ook bij Willem werpt een kort dieet zijn vruchten af.

Met Boston's "more than a feeling" passeren we de start. Inderdaad: de Maratona verdient direct zijn faam. De organisatie is vlekkeloos en indrukwekkend. Hoe krijg je binnen een uur 9000 mensen uit drie kanten in het goede startvak en daarna ordelijk weg. De Italianen tonen dat het kan; er valt in onze regionen geen onvertogen woord. Duitsers, Slovenen, Nederlanders, Italianen, Amerikanen, het staat netjes door elkaar heen. Moet ook wel: wij rijden voor het volk van Tibet dat het moeilijk heeft. De Dalai Lama tussen de remhendels ingeklemd; wielrennen is definitief verbonden met spiritualiteit. Dan is ons vrijwillige afzien inderdaad peanuts, al staan er op verschillende passi Tibetanen op een gong te slaan. Diep buigt Sjaak: iets anders kan gewoon niet De verzorging is perfect; als laatste der Mohanicanen rijden we op het laatst in de staart van de tocht, maar alles is er nog voldoende: fruit, taart, drinken, frou-frou (wat een vondst). Frou-frou en de Maratona zijn voor Sjaak identiek geworden.

We rijden bijna allemaal de lange -138 km- versie. Peter heeft een mindere dag en laat het bij medio (106 km). Jeroen rijdt de stenen uit de straat. Heeft zich laten opnaaien door Sjaak en Nico die met veel pret zich voorstelden dat ze op de zwaarste pas Jeroen zouden groeten en vragen of al die training wel nodig was. Wij gingen er vrolijk op slapen. De wraak is even zoet als genadeloos: als Sjaak's lijden begint (10 km, 9,3 % voor de boeg met kans op kramp) volgt het SMS-je vanaf de top van de Giau: 'waar blijven jullie nou'. Nico zit lang vlak achter Sjaak, maar de Giau geeft hem de genadeklap. De sterk rijdende Willem, die later is gestart, vergezelt hem op de laaste lange pas, afdaling en licht stijgende slotkilometers. Tegen 16 uur zijn we allen binnen. Luus beurt aan de finish de licht teleurgestelde Peter op en Jan wordt via de GSM op de hoogte gesteld van het verloop. Als hij nou rustig op zijn kont had kunnen zitten was het nog een rustdag geworden voor hem, maar juist dát ging niet. Met de harde kern eten we pasta, brood en vlees in de ijshal en zijn we blij met deze dag.

01 juli 2006

Kostbaar Kleinood


Dit is het startbewijs voor de Dolomietenmarathon van zondag 2 juli. Eén van de 8000 mensen die start, maar de belangstelling is nog vele malen groter. Daarom is dit pontentiële handel. Maar geen haar op Sjaak's hoofd denkt daaraan. Over enkele dagen naar Pedraces afreizen, wat rondjes en col nemen en dan de tocht zelf rijden. Als het lukt wordt via dit blog regelmatig verslag gedaan.

30 juni 2006

Geluksrondjes


Dit weekend was in Maastricht het NK Wielrennen. De afgelopen jaren werd dit in Rotterdam gehouden en mocht Sjaak met een flink aantal anderen over het parcours van de profs jakkeren. Destijds al een blogje waard. Dit keer in de meest Buitenlandse stad van ons land dus en de VdH en Sjaak maakten er een leuk weekend van. De start was in alle vroegte, dus alle tijd om te kijken of Theo Boot er was. Niet gezien. Het sfeertje was gemoedelijk en prettig; allemaal liefhebbers die graag een stukje gingen fietsen. Maastricht is ook veel geschikter dan Rotterdam voor zo'n NK. Het parcous, oa. over de Maasboulevard, de Markt, de Pietersberg en een klimmetje in een villawijk net buiten het centrum was fraai. De entourage rook naar wielrennen, de bij uitstek katholieke sport die in het land van 'Dagboek van een Herdershond' zo goed gedijt. Het was mooi om in elk rondje Maastricht steeds meer te zien opstaan. De stad was uitgestorven om 7.15 toen we aan de start stonden en om 10.00 was er volop leven.

Sjaak was erg gelukkig tijdens de tocht. Op een autovrij parcours, waar tientallen vrijwilligers de wegen vrijhouden, mét tijdmeting, onder een opkomend zonnetje. Wetende dat in de goede jaren het allemaal sneller ging, maar met het krakende klichaam ging het nog best. Op basisconditie, ervaring en karakter ik toch bijna 80 km in ruim 2 uur en 40 minuten reed, zonder kapot te gaan. Voetbal, tennis, hardlopen lijkt allemaal niet meer te gaan, maar dit dus wel. Een goede generale voor de Dolomieten van volgende week.

Passie voor Passi


Nu Sjaak weer terugkrabbelt van een kapotte rug, zijn de blikken weer vooruitgericht op het Grote Doel van dit jaar. Sjaak rijdt met de fietsgroep de Dolomieten Marathon. Niet verrassend: een cyclosportive in de Dolomieten en een zeer beroemde tocht. Massaal met meer dan 5000 deelnemers, dat wel maar een volledig autovrij parcours vergoedt heel veel. En een aantal bekende cols, die hier passi heten en bekend zijn uit de Giro. Fietsen in Italië is toch altijd een 'sort of homecomming'. A la casa dus en dat geldt zeker voor mijn Gios, maar ook voor de berijder. In Italië lijkt het altijd wat zonniger, snappen ze wat fietsen en pasta met elkaar van doen hebben, is er authentiek respect voor fietsers, lijken de mensen wat vaker naar je te lachen en zijn de wegen gewoon gemaakt voor bergop fietsen. Jeroen kan niet genoeg hulde krijgen voor het doordouwen van deze tocht, want hij is al maanden volgeboekt.

De Dolomieten Marathon is een flinke tocht en een uitdagend parcours, maar je kunt kiezen uit drie varianten. De lichtste is het Sellarondje, 4 passen waarvan 2 (Campolongo en Gardena) niet veel voorstellen en de Pordoi en Sella goed te doen zijn. Toen ik niet meer kon bewegen, 4 weken geleden, nam ik mij voor dit in elk geval te willen halen. Als je van light naar medium wilt neem je de Falzarego/Valparola erbij en de echte mannen rijden dan ook nog de Giau erbij. Sjaak gaat voor de mediumvariant, en bekijkt op de dag zelf wel hoe de benen zijn.

03 oktober 2005

Doesbrand dus

Van de 4 voorspellers van mijn top 3 had Doesbrand het best ingeschat wat Sjaak zou publiceren. Nummer 1 en 2 goed, 3 niet. Dit is goed voor 5 punten. Ini en de VdH komen elk tot 1 punt. Voor de VdH als bonus een eervolle vermelding, die is redelijk vers qua fietsbeleving (voor zover die er ooit actief zal komen) maar wist toch mooi de Nufenenpas te voorspellen. Jeroen had helaas 0 punten (Alpe d´huz, Champs en Stelvio) maar gelukkig heeft hij wel een beetje beleving bij de fietsverhalen en daar wordt Sjaak wel blij van. Doesbrand ontvangt binnenkort zijn welverdiende prijs.

29 september 2005

Dat was 'm


Afgelopen week beëindigde ik op dit fietsblog mijn top 10 van cols/beklimmingen. Het was veel werk, maar ik wilde dit graag doen. Vooral voor mijzelf, maar links en rechts hoorde ik dat de -zij het schaarse- lezers het konden waarderen. De suggestie van de VdH om het domein naar films, boeken of vakantielanden te verleggen houd ik in beraad. Eerst maar eens het huis regelen. Voor wie er geen genoeg van kan krijgen, of als index om eens terug te lezen: de top 10 in vogelvlucht:

1 Mont Ventoux
2 Col du Galibier
3 Nufenenpas
4 Col de Champs
5 Col de Joux Plane
6 Mont du Chat
7 Passo dello Stelvio
8 Ballon d´Alsace
9 Port de Larrau
10 Ruiterberg

27 september 2005

1 Mont Ventoux

naam: Mont Ventoux
Ligging: Fr, Provence
Hoogte: 1912 m
Stijging: 7,2 % (1535 hm) 21,2 km (noordkant (vanaf Malaucène))
7,1 % (1622 hm) 22,7 km (zuidkant (vanaf Bédoin))
Index Salite.ch: 165,98 resp 163,85
Beklommen: 1989, 1992, 1993, 1994


Een weinig verrassende ontknoping wellicht, maar de Ventoux staat op 1. Een beetje tegen mijn zin in, maar elke keer als ik Bohemian Rhapsody van Queen hoor aan het eind van een dagelange top 2000 vind ik dat een terechte nummer 1. Een berg, en dus eigenlijk geen col, waar je 300 km voor omrijdt, een berg die zoveel historie heeft (Simpson, Merckx, Pantani, de onwaarschijnlijke tijdrit van Jean-Francois Bernard in 1987), een berg waar mensen over dichten (waaronder een bekende van Sjaak, Nanne Nauta), vele sites zijn (waarmee ik niet concureer) en een berg waar ´je tijd´ een ijkpunt is in de intermenselijke verhouding, is een bijzondere berg.

Mijn kennismaking met de Ventoux was in de eerder gemomereerde doldrieste fietsvakantie van 1989. In het prémobiele tijdperk had Doesbrand naar huis gebeld en was te weten gekomen dat Sjaak een kleine 10.000 gulden van de Studiefinanciering had ontvangen, als resultaat van een verlate aanvraag voor een beurs. Deels als lening deels als beurs/gift. Nog wat verdwaasd door het verworven kleine vermogen reden de broers vanuit hun kamp 150 km naar Malaucène en begonnen zonder in te rijden aan de noord/westkant. Kleiner dan 42x26 kon Sjaak niet, maar destijds was groot rijden stoer en was de conditie stukken beter. De 1.27 die ik toen nog zelf licht op reserve reed is mijn beste Ventouxprestatie, maar is niet mijn record. Want ´je tijd´ rijd je vanuit Bédoin. Bijna 1100 hm in een uur is niet niks. En deze kant is net zo´n mooie en zware klim, alleen minder bekend. Maar ook hier zijn lange stukken van 6 km waar je breeduit niet onder de 10% komt. Goed voor mijn alltime snelheidsrecord van 93 km/h!. Mijn Vrienden van Salite.ch geven hem ook 2 puntjes meer op de index.

We daalden af en och och och. Wat een afdaling! De vangrails staan 3 rijen hoog op sommige stukken, ook auto´s racen hier door het steile bos. Na een forse pauze in Bédoin konden we aan het echte werk beginnen. Dé beklimming van de Ventoux. In het begin nog golvend, goed te doen maar na de haarspeld in St Estève ben je los. De hel van het bos, waar je enkele uren nog moeiteloos met 87 km/h reed gaat maar niet over. Continu 10% of meer, geen bochten, geen genade, geen rust. Na 10 km, als je er al niet meer in gelooft: Chalet Reynard. Een oase in een gortdroge, groene woestijn die vanaf hier bruin, kaal en winderig wordt. De doetjes die vanuit Sault de Ventoux doen komen er hier bij en rijden ook nog de laatste 6 km. Die zijn minder zwaar, althans de eerste 5 daarvan. Dit gaat door het maanlandschap en dit cliché is ook waar. Dit maakt de Ventoux zo speciaal. De wind is er altijd en fladdert gelukkig niet alleen maar tegen, je hebt soms even geluk. Nimmer reed ik hier in de beruchte hitte van >40° C. De laatste kilometer is dodelijk. Doesbrand benutte destijds de laatste bocht om een vlakke ster te rijden voordat hij de laatste 300 meter aankon. Dat zag ik vanaf de top en dit beeld heeft mij nooit meer losgelaten. Op de top weet je dat je een bijzondere beklimming hebt gedaan. De mythevorming rond de Ventoux is naar Sjaak´s mening wel overdreven. Het is een prachtberg, maar niet zo uniek dat er ene groot gat gaapt naar de rest. Voor een beetje getraind fietser is ie best te doen, en dan doe je er 2, 2½, 3 uur over wat maakt het uit? Mijn eerste klim van deze kant ging in 1.37. De jaren daarna kwam ik daar niet aan, 1.50 of langzamer zelfs. Maar in 1994 zat alles mee en haalde ik 1.32.58. Dat staat nog steeds en zal Sjaak die tijd ooit nog verbeteren? Feit is dat Sjaak al 11 jaar niet meer op de Ventoux is geweest. Het wordt weer tijd.

2 Col du Galibier


naam: Col du Galibier
Ligging: Franse Alpen
Hoogte: 2648 m
Stijging: 5,5 % (1924 hm) 34,9 km (noordkant)
6,9 % (585 hm) 8,6 km (zuidkant)
Index Salite.ch: 184,37 resp 70,54
Beklommen: 1988,1989, 1993, 1994, 1995


Bij het samenstellen van de top 3 hoefde ik niet na te denken over een plekje voor de Galibier. Zelden heb ik er lekker gereden, maar wat een prachtige klim. In 1988, de enige keer dat ik de zuidkant deed die pas echt begint op de Lautaret, had ik daags ervoor nog een voedselvergiftiging ondergaan. Slap was ik daardoor, maar ik wilde destijds de col op mijn lijstje hebben. Het ging relatief goed, ik herstelde toen heel snel. In de jaren 1993 t/m 1995 reed ik de Marmotte en dan heb je geen keuze: je zult de Galibier over en wel vanaf de noordkant. In het dal van de Maurienne staat doodleuk een bordje ´Col du Galibier´ 36 km en dan begint de klim vrijwel direct daarna. De kenner weet dat daar dan weliswaar 5 km afdaling van de Télégraphe in zit, de col die op zich al een flinke klim is (vergelijkbaar met de Ballon d´Alsace, maar dan vervelender), maar toch. Na de afdaling is het vanaf Valloire alleen nog maar klimmen. Nog 18 km voor de boeg, waarvan de laatste 9 km boven de 2000 meter en meer dan 8,5% gemiddeld en hoe hoger hoe steiler. Crescendo is Italiaans, maar het had op de Galibier uitgevonden kunnen worden. Maar ook in het Frans wordt lyrisch over de Galibier geschreven. In 1994 reed ik nog het beste tijdens de Marmotte, maar had ik last van een gebroken spaak en daardoor zwabberend achterwiel. De andere jaren was het echt heel diepgaan om een beetje fatsoenlijk boven te komen. Maar eenmaal boven: dan daal je bijna 40 km, waarvan de eerste 8 km heerlijk langs ravijnen zonder muurtjes of afscheidingen. Ook dit jaar in de Tour en mijn held Botero achterhaalde daar in notime Vino.

De Galibier heeft mijn hart gewonnen in 1989. Doesbrand en ik reden die hele vakantie al dagelijks tochten van >100km en we maakten elkaar behoorlijk gek. Als koninginnerit reden we die dag het parcours van de Marmotte, met de klim naar Alpe d´Huez als optie voor de namiddag (´we zien wel´). Het weer was fantastisch, grand soleil en 30° en een perfect humeur. De eerste klim (Croix de Fer) ging dan ook moeiteloos. In de afdaling daarvan kregen we met een omleiding te maken; over de Col de Molard dus en toch een echte klim erbij. Na een lange pauze in St Jean de Maurienne en de saaie 15 km door het dal naar de voet van de Télégraphe begonnen we de inspanning al te voelen. Doesbrand was sterker op dat moment en ik reed achter de feiten aan. Nooit zou ik daarna goed rijden op de Télégraphe, die col ligt mij niet. In Valloire bleek het weer te betrekken, maar geen paniek. Tegenliggers kwamen zwaar beregenjackt naar beneden, terwijl ik mij verzekerd wist van wel een tweede t-shirtje ´meegenomen voor de afdalingen´. Een echt wielershirt had ik toen nog niet, wel een lichtste verzet van 42x26 en dat had ik daar wel nodig. Zeker toen bleek dat die eindeloos hoog gelegen weg in de verte, waar een vrachtwagen leek te rijden, wel degelijk de Galibier bleek te zijn. De klap kwam harder aan bij Doesbrand, Sjaak herpakte zich, begon zelfs te genieten van die specifieke omgeving boven de 2400 meter en kwam als eerste boven. Die paar minuten wachten bleken later funest. Het weer sloeg in een mum van tijd verder om. Hagel, slagregens, windvlagen, onweer, nog maar 5°: zelfs het tweede t-shirtje bood geen warmte meer. Sjaak vluchtte in een auto van Nederlanders die op de col stonden en al klappertandend begon hij erg tegen de afdaling op te zien. Zeker toen die mensen weer verder wilden. Gelukkig was 1 km onder de top in de afdaling een herberg. En daar hadden ze chocolat chaud! om op te warmen en journaux (kranten) voor de afdaling. Ik nam er een stuk of 6, het kon me niet warm genoeg zijn. Om een beetje op tijd op de camping terug te zijn, moesten we echt gaan rijden. Doesbrand voorop, langs modderstromen en weggeslagen stukken berghelling. Gelukkig was het droog geworden en begon in de richting van Brian¢on de zon weer te schijnen. We moesten wel de andere kant op maar het was goed voor de moraal. De afdaling was lang en vergde enig bijtrappen, maar dat was welkom dit keer. Daardoor geraakten we nog enigszins opgewarmd terug, een hele mooie ervaring rijker. Ook Doesbrand plaatst de Galibier op 2 in zijn top 10. Hoe eens kun je het zijn.

De top 10 tot dusver
2 Col du Galibier
3 Nufenenpas
4 Col de Champs
5 Col de Joux Plane
6 Mont du Chat
7 Passo dello Stelvio
8 Ballon d´Alsace
9 Port de Larrau
10 Ruiterberg

25 september 2005

3 Nufenenpas


naam: Nufenenpas
Ligging: Zwitserland
Hoogte: 2478 m
Stijging: 8,5 % (1132 hm) 13,3 km (westkant)
5,5 % (1319 hm) 24,1 km (oostkant)
Index Salite.ch: 132,78 resp 117,59
Beklommen: 2005


Soms val je in meerdere opzichten stil in een beklimming. Meestal vanwege het stijgingspercentage, dreigende of zelfs optredende kramp maar soms ook door de overweldigende natuur of het gevoel dat je iets bijzonders aan het doen bent. Een heel enkele keer gaat het nog verder, wordt een beklimming bijna een spirituele ervaring. Dat klink los van de grond, maar zo voelde Sjaak zich wel op 6 augustus van dit jaar op de Nufenen, ook wel Novena geheten. De combinatie van een net te zware beklimming voor de actuele conditie, het natuurschoon en de aanwezigheid van de VdH maakte dat deze pas direct op 3 binnenkomt in de top 10 van Sjaak. Huilend kwam ik op de top, volledig uitgewoond, maar vooral overweldigd door de hoogte, de genadeloze steilte van de klim en het feit dat hij zijn klimpassie kon tonen aan de VdH.

Ergens in juni keek Sjaak naar de Ronde van Zwitserland en zag hij de renners de oude Gotthard fietsen met die prachtige steentjesweg, een beklimming op ' Sjaak's lijstje van nog-te-doen' stond. Ze bleken zelfs het Nufenenrondje aan het rijden, 100 km met ruim 3300 hm over de Nufenen, Gotthard en Furka. Drie prachtige passen. Nog geen 5 minuten later had Sjaak de VdH mee; een donkergroene week in augustus zou worden doorgebracht in Zwitserland. Zij boekie-lezen, Sjaak op de Gios, samen wandelen. Deal!

Sjaak reed het rondje vanuit Andermatt, en deed (dus) de volgorde Furka, Nufenen en tot slot de Gotthard. De eerste dagen was het redelijk weer, maar op het moment supreme regende het met bakken uit de hemel. Het werd wachten op beter weer in een cafe. Maar dat duurde niet lang, Sjaak ging ervoor, dan maar nat, reed makkelijk de Furka op en kreeg de VdH in zijn kielzog als ploegleider mee. Zij kwam halverwege de de Nufenen langsrijden, Sjaak wisselde van tenue omdat het inmiddels heel aardig weer was geworden en gooide al zijn ballast in de Mol. Het zware deel moest toen nog komen. De hoogtemeter gaf ongenadig en bij voortduring meer dan 9% aan, 8 km lang, met heel af en toe een stukje wat milder. Het gebrek aan training werd pijnlijk duidelijk en de ijle lucht deed de rest. Zelden heb ik meer naar het einde van een klim verlangd dan op deze pas en nog minder heb ik er tegelijk zo van genoten. Als je een + 2000m col moet beschrijven: hier is de referentie. Via bochten het dal uit, door het bos naar een lang plateau, waar het nooit vlak wordt, daarna weer bochten, bochten en bochten om de bergwand te overwinnen. De Stelvio heeft het zo, de Bonette, de Nufenen ook. Boven was ik na 3 minuten weer hersteld en kon ik na een forse fourage weer verder. De afdaling richting Airolo is een potentiële 100km/h-plusser en gaf gelegenheid om verder te sparen voor de Gotthard. Ook die was bijzonder maar die pas heb ik volledig op reserve kunnen rijden. Een machtig mooi rondje dat eindigde met een afdaling in een hoosbui met een Nederlander die even op de fiets was gestapt tijdens zijn autorit van Toscane naar huis.

De top 10 tot dusver
3 Nufenenpas
4 Col de Champs
5 Col de Joux Plane
6 Mont du Chat
7 Passo dello Stelvio
8 Ballon d´Alsace
9 Port de Larrau
10 Ruiterberg

21 september 2005

4 Col de Champs

naam: Col de Champs
Ligging: Fr, Alpen
Hoogte: 2087 m
Stijging: 7,0 % (842 hm) 12,1 km (westkant)
6,5 % (1052 hm) 16,3 km (oostkant)
Index Salite.ch: 97,3 resp 115,16
Beklommen: 1992, 2002


We naderen de top 3 van Sjaak Schakelt. Op nummer 4 wederom een col die mede zijn plekje onder de zon heeft verdiend aan de omliggende beklimmingen. Het gebied onder Barcelonette op de grens van de Alpes Maritimes kent prachtige cols, met als letterlijk hoogtepunt de Bonette . Daar liggen mooie herinneringen, maar toch kies ik voor de Col des Champs die ik tot twee keer toe in een rondje met de prachtige Cayolle en de meer bekende Allos heb gereden. Het zijn allemaal fijne cols maar op de Champs is een mythe ontstaan. In 1992, terwijl Nederland in juni te Zweden zich door het EK voetbal worstelde, hadden we wisselvallig weer in de Alpen. Op de dag van de ´koninginnerit´ over de drie genoemde cols leek het ineens allemaal wel te kloppen. De Cayolle werd vlot beklommen en na de stop op de top trok het ineens dicht. Leo, Willem en Nico gingen niet verder, Jeroen en ik wel, het zou na de onvermijdelijke hoosbui die aanstaande was wel weer droog worden. Tijdens de lange afdaling begon het inderdaad te stortregenen, zodat we aanlegden in een café. Het werd maar niet droog en we wilden wel verder. Dus jackjes aan en de Champs maar op. Dat ging echter gepaard met een fijn onweer dat zich bij de hoosbuien had gevoegd. Twee stops in de klim waren nodig om ons een beetje veilig te wanen. Na ruime tijd haalden we de top en toen pas, al stilstaande, beseften we dat het rond het vriespunt was. In de afdaling werd dat een probleem; remmen ging nauwelijks met verkleumde handen. De weg was door de vele regen erg slecht, met gaten erin en losgeslagen keien dwars over de weg. Zelden heb ik zo gebeden om weer te mogen klimmen. Na 12 kilometer ging die wens in vervulling. Tijdens de Allos reden we samen, waarbij Jeroen almaar sterker werd en Sjaak het zwaar had. Vlak voor de top doemde Nico op, in zijn toenmalige Ford Escort en begeleide ons met Talk Talk naar de top, de auto´s achter ons ophoudend en met lichten seinend. Een uurtje bij de kachel en een cacao met neut in het chalet op de top zorgden ervoor dat het laatste stuk naar beneden vol goede moed werd afgelegd. Voor Jeroen en Sjaak is het een legendarische tocht geworden die op zijn huwelijk nog is gememoreerd.

In 2002 reden we de tocht opnieuw en nu onder ideale omstandigheden en met Johan op de top als ´ploegleider´. De Champs fietste Sjaak nu ´netto´ en het is niet echt een zware klim, die daarom normaal niet de top 10 had gehaald. Een regelmatig begin, met veel bochten in het bos. Een klein stukje steil, dan vlak en zelfs dalen, om vervolgens weer wat steiler te worden. Na het laatste plateautje is het slot van 3 km pittig. Behalve dan de laatste 500 meter, die zijn vlak. Een ideale col om het vak te leren.

De top 10 tot dusver
4 Col de Champs
5 Col de Joux Plane
6 Mont du Chat
7 Passo dello Stelvio
8 Ballon d´Alsace
9 Port de Larrau
10 Ruiterberg